Slikstoornissen bij volwassenen

De mond wordt gebruikt om te spreken, maar ook om te eten en te drinken. Slikstoornissen
kunnen ontstaan door veranderingen in de structuren van de mond, de keel en het
strottenhoofd. Er kunnen problemen ontstaan in de aansturing van de spieren, of er kan sprake
zijn van een plaatselijke beschadiging waardoor het slikken minder goed gaat.
Na hersenletsel (bijvoorbeeld door een beroerte, ongeval, tumor) of een aandoening van het
zenuwstelsel (bijvoorbeeld MS, Parkinson, A.L.S.) kan de aansturing van spieren problemen
geven. Door een operatie in het hoofd- en halsgebied treden soms plaatselijke beschadigingen
op of zijn er belemmeringen waardoor het eten en drinken minder gemakkelijk gaat. Stress en
angst kunnen ook leiden tot problemen met het eten en drinken.
Slikstoornissen hebben zowel lichamelijke als sociale gevolgen. Lichamelijke gevolgen zijn
bijvoorbeeld verslikken, moeite met kauwen, het blijven hangen van voedsel of ongewenst
gewichtsverlies. Sociale gevolgen van slikproblemen zijn bijvoorbeeld dat het nuttigen van
een diner in een restaurant kan lastig zijn en dat het plezier in het eten en drinken kan
verdwijnen.
Wat doet de logopedist?
De logopedist kan met een slikonderzoek de oorzaak van de slikstoornis opsporen en
vaststellen in welke fase van het slikproces de stoornis zich bevindt. Het logopedisch
onderzoek kan worden uitgebreid met een onderzoek door een KNO-arts en/of een radioloog.
Vaak wordt een patiënt met slikproblemen ook besproken in een multidisciplinair team
waarin de behandelende arts, diëtist, en de verzorging deelnemen en eventueel de patiënt of
zijn familie.
Afhankelijk van de oorzaak en de ernst van het slikprobleem stelt de logopedist in overleg
met de patiënt een behandelplan op. Het doel van de interventie kan zich richten op het
verminderen van het risico op verslikken, het verbeteren van de voedingstoestand of het met
meer plezier eten en drinken.De interventie kan zich richten op de stoornis door middel van
het aanleren van compensatiestrategieën of het trainen van specifieke spieren. Daarnaast
worden meestal adviezen aan de cliënt (en zijn omgeving) gegeven met betrekking tot
bijvoorbeeld de houding tijdens de maaltijd, de consistentie van het voedsel en de wijze van
aanbieden.
De resultaten van de slikbehandeling zijn in grote mate afhankelijk van de ernst en aard van
de stoornis. Soms blijven er beperkingen bestaan, waardoor bijvoorbeeld een bepaalde
voedselbereiding noodzakelijk is. Of dat bepaalde voedingsmiddelen niet meer geslikt kunnen
worden. De nadruk van de logopedische behandeling zal dan liggen op het zo aangenaam
mogelijk maken van de eet- en drinkmomenten.

Voor meer informatie over slikstoornissen
www.dysphagiaonline.com